Fragment van een ringbeker
Een ringbeker is te herkennen aan de ogen die verticaal op de kelk zijn aangebracht. Vaak zijn het er drie en door elk oog is een glazen ring bevestigd, vandaar de naam van de beker. De kelk van een ringbeker loopt bovenaan breed uit en rust op een voet met stam. Het is niet bekend of ringbekers bij speciale gelegenheden of voor spellen werden gebruikt. Mogelijk waren het puur decoratieve voorwerpen. Wel is duidelijk dat het geen gewone gebruiksglazen waren. Dit exemplaar is gevonden in een laat zeventiende-eeuwse beerput tijdens een opgraving in een pand aan de Zomerstraat. De beker is gemaakt in de Bohemen omstreeks 1600 en is geblazen van kleurloos glas met een blauwe zweem. De voet heeft een omgeslagen rand, zodat deze mooi glad is afgewerkt. Het voorwerp is verder rijk versierd. De bovenzijde van de enige bewaard gebleven ring is bevestigd aan een opgelegde, van nopjes voorziene glasband. De beker is beschilderd met gele, blauwe, witte en groene emailleverf. De glasband vormt de scheiding tussen twee verschillende versieringsmotieven. Aan de bovenzijde zijn bloemmotieven aangebracht tussen horizontale banden. Onder de glasband zijn toelopende meanderlijnen zichtbaar met het brede gedeelte steeds bovenaan. Dit patroon vind je soms ook terug onder zeventiende- en achttiende-eeuwse handtekeningen.