Deze ijzeren tang is in 1955 gevonden op een diepte van 2,5 m bij het graven van een fundering voor de uitbreiding van het Stadhuis. De Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek (R.O.B.) heeft de tang datzelfde jaar geconserveerd. Het is onduidelijk waarvoor de tang gediend heeft. De vorm komt wel enigszins overeen met die van een suikertang, maar suikertangen zijn meestal sierlijker uitgevoerd.